Ik weet niet hoe het is met anderen hier. Maar wat ik heb gemerkt en waarmee ik intussen wel mijn lesje heb geleerd is dat de groep zich met name ongemakkelijk gaat voelen als je verbaal, in gedrag of met houding een bevestiging geeft van je 'anders zijn'. En dan doel ik met name op zaken waarmee je je eigenlijk hebt onderscheiden van de groep: het beter weten, het harder werken, een efficiëntere benadering/oplossing.
Het mag duidelijk wezen dat opscheppen erover nimmer een optie zijn kan. Maar wat dacht je van dezen: schaamte, (vormen van) ontkenning, (verlangen naar) erkenning, de groep laten weten dat dit voor jou de normaalste zaak ter wereld is. Zelfs het tonen van onzekerheid om de groeps' buitenechtelijke prestatie/norm kan al doen overkomen als blijk van besef dat je je onderscheidt van de groep. En het onderscheiden van de groep is een beslissing die jij wel nemen kan maar door de groep erkend dient te worden.
Als je opschept over de prestatie dan komt die erkenning van onderscheid dus van jou af. Maar als je je geen houding weet te geven vanwege de indruk die je maakt op de groep en vanuit deze positie de groep laat blijken dat dit heel normaal is, dan geef je in principe het signaal af dat de groep niét normaal is omdat zij het niet wisten. Ook hier is het een stukje zelferkenning (zeker in de ogen van de groep) dat je je onderscheidt.
Dit zal zeker niet gelden voor al de situaties die we kennen hier. Maar uit ervaring lijk ik op te kunnen maken dat dit globaal genomen van kracht is.
En het harde werken........eerlijk gezegd vind ik deze drempel van aanpassing behoorlijk laag (hoogte).
Soms is niet meer nodig dan het aanpassen aan de omstandigheden. Als je bijvoorbeeld als leidinggevende (met name met directe leiding) je niet aanpast aan de omstandigheden maar hard werkt naar eigen goeddunken dan voelt het personeel zich gedwongen met je mee te gaan. Klinkt goed zou je zeggen, maar als je de lat hoger legt dan de omstandigheden dit vereisen kan ik je op een briefje geven dat er een stempel op je hoofd wordt gedrukt: 'neuroot van de eeuw'.
Intussen weet ik wel dat, als ik iets doe of zeg welk de groepsnorm overstijgt, ik reageer op een wijze ‘dat het nu goed is’, dat het ten bate was van het probleem: ten gunste van de situatie en indirect dus ook ten gunste van de groep. Tsja, erkenning alom (al word ik daar altijd bloedje nerveus van). Maar dan is het wel de groép die dit onderscheiden erkent en niet ik.
Met vallen en opstaan heb ik dus geleerd. Desondanks zal ik nimmer uitblinken op sociaal gebied (al houd ik alles open). Maar wel is het zo dat ik met groep/werk/samenleving nu in open sfeer leef. In ieder geval open genoeg om me ontspannen tussen mensen te begeven. Een babbel over koetjes en kalfjes hou ik niet langer uit dan twee minuten, bij de bushalte bijvoorbeeld. Maar het doet me een hoop goed als ik betr. later dan eens tegenkom en we elkaar met frisse openheid groeten kunnen. Ik heb niets met hem te maken en hij niets met mij......’waar de f*** heb ik me zo lang druk om gemaakt?’ denk ik dan wel eens. Ben nog steeds een beetje een eenling zeg maar, en dat geeft niet. Zeker niet als ik met de zon in het gezicht naar buiten treed, bij toeval de buurman tegen het lijf loop, en nu ipv in mezelf te keren mezelf weet te openen met meest oprechte groet:
‘Goedemórgen buurman!’
Belangrijkste is jezelf zien te aanvaarden, anders denkend of niet. Het 'anders zijn' biedt zonder meer een andere plaats in de groep/samenleving/maatschappij, en kan je dit aanvaarden, dan zal je hierin vroeg of laat worden voorzien. Ben niet bepaald een gelovig manneke te noemen, maar dat is dan wél iets waar ik voorzeker in geloof.